Oproeping Margot en Ludwig Jacob

Margot Frank kreeg haar oproep op 5 juli 1941. Het gezin Frank vertrok de volgende ochtend naar het Achterhuis. Op Margot haar kaart staat wel een VO 6/41 nummer, op de kaarten van haar familieleden niet. 

Dr. J. Presser schreef in "de ondergang": De historicus grijpt naar het volgende document, de notulen bevattend van de vergadering van de Joodse Raad op zondag 5 juli 1942 om elf uur. Daaruit blijkt o.m., dat er nog meer geconfereerd is; hier heet het trouwens, dat de eis thans luidt: 1200 registraties per dag, met een aanloop van 800. In elk geval moeten van 14 tot 17 juli 4000 mensen ‘naar Duitsland’. Gelukkig zullen op voordracht van de voorzitters de autoriteiten lijsten van voorgestelde uitzonderingen in overweging nemen ‘Die lijsten - van mensen die voor het gemeenschapsleven der Nederlandse Joden onmisbaar zijn - worden thans met spoed opgesteld’...." 

De lijsten van mensen die opgeroepen zouden worden, ging eerst nog langs de Joodse Raad. Personen konden van de lijst afgehaald worden.

...  De notulen van 9 juli (vergadering van half twaalf) werken dit alles nog wat uit: het blijkt, dat verschillende voor uitzondering voorgedragen rubrieken niet in aanmerking zijn genomen. Ouders van kinderen die niet zijn opgekomen worden naar concentratiekampen gebracht.

Van de ‘Zentralstelle für jüdische Auswanderung’ een oproep met de mededeling zich te melden om te vast te stellen of men voor vrijstelling voor tewerkstelling. 

 

In het boek 'Anne Frank was niet alleen'; beschrijft Rian Verhoeven dat Ludwig Jacob dezelfde dag als Margot, een oproep kreeg. Het proces is als volgt beschreven: Hij meldde zich de volgende dag op de Zentralstelle. Mensen kwamen hier om formaliteiten af te handelen, een vrijstelling te krijgen of hadden een doktersverklaring in de hoop afgekeurd te worden. Hierna kreeg Ludwig Jacob een brief in de hand, hij  moest zich in de nacht van 14 op 15 juli op het Centraal Station melden. Hij had in 1938 tijdelijk in Buchenwald gezeten en was daarna naar Nederland gevlucht. Hij ging niet naar het Centraal Station, maar dook onder. 

De andere 8 die in het boek beschreven staan en zich op het C.S. gemeld hebben, hebben naast een VO 6/41 nummer, wel een K op de kaart staan.  Twee anderen zijn net als Margot Frank en Ludwig Jacob ondergedoken. Van hun heb ik helemaal geen kaart kunnen vinden. 

bron afbeelding: oproep scheltemaplein: http://www.wigard.nl/WO2/Joden/

oproep Westerbork: De ondergang van J. Presser